Sub DateRange ()
Schemerige D zoals Dubbel
Schemerige I als Variant
Schemerige cel als Waaier, celStart als Waaier, celEnd als Waaier, rg als Waaier, del As Range
Schemerige StartDate zoals lang, EndDate zoals lang
StartDate = CLng (CDate (Application.InputBox („te gaan gelieve beginnende datum in“, Type: =2)))
Als StartDate = 0 dan Sub weggaat
EndDate = CLng (CDate (Application.InputBox („te gaan gelieve het einde van datum in“, Type: =2)))
Als EndDate = 0 dan Sub weggaat
Waaier („J2“). Selecteer
'probeer gebruikend de datumserie
Strek me („J2“) .FormulaR1C1 = „=DATESERIAL uit (MEDIO (J2,7,4), LINKER (J2,2), MEDIO (J2,4,2))“
'
Plaats rg Eerste de datumcel = van de Waaier („J2“) '
Plaats rg = Waaier (rg, Cellen (Rows.Count, rg. Kolom). Eind (xlUp)) 'Alle data in die kolom
Als EndDate < StartDate="" Then="" d="EndDate" EndDate="StartDate" StartDate="d" End="" If="" Application=""> EndDate toen
Als del Is Nothing toen
Reeks del = cel
Anders: Reeks del = Unie (del, cel)
Eind als
Eind als
Volgende cel
Op Fout hervat daarna
del.EntireRow.Delete
Application.ScreenUpdating = Waar
Sub van het eind
|